Toekomstige vaardigheden

Survival of the most adaptive!

De maatschappij waarin we leven en de markt waarin we opereren, veranderen continu. Net als we gewend zijn aan de nieuwste hardware, software en technologische ontwikkelingen, zijn die inmiddels alweer verouderd. Er verandert op dit moment zoveel dat we het niet meer hebben over ‘een tijdperk van verandering’ maar een ‘een verandering van tijdperk’.
Hoe de toekomst er precies uitziet, dat weet niemand. Één ding kunnen we wel met zekerheid zeggen: ook de komende jaren blijft een storm van fundamentele veranderingen over de wereld razen. Dat betekent dat we nooit meer terug kunnen naar ‘hoe het was’. De organisaties die zich het beste kunnen aanpassen aan de veranderingen, zijn degenen die overleven. Welke veranderingen hebben impact op organisaties? Wat betekent dat voor de koers van uw organisatie? Hoe verandert het werk? En welke nieuwe eisen worden er aan uw medewerkers gesteld?

Welke toekomstige vaardigheden zijn van belang

Welke toekomstige vaardigheden zijn van belang om in deze snel veranderende maatschappij als medeweker waarde te kunnen toevoegen.  Veel van deze vaardigheden worden samengevat onder de noemer Future Skills. Het betreft generieke vaardigheden en daaraan te koppelen kennis, inzicht en houdingen die nodig zijn om te functioneren in en bij te dragen aan de toekomstige arbeidsmarkt.

  • Digitale vaardigheden
  • Computational thinking.
  • Informatie vaardigheden
  • Media wijsheid
  • Communiceren
  • Kritisch denken
  • Creatief denken en handelen
  • Probleemoplossend denken en handelen
  • (Samen)werken
  • Sociale intelligentie
  • Omgaan met cultuur(verschillen)
  • Zelfregulering
  • Metacognitieve vaardigheden

Digitale vaardigheden,

  • Adoptie van het applicatie landschap met betrekking tot de werkplek: Windows 10, Office 365 (SharePoint, Teams, OneNote, Skype for Business,Power BI)
  • media wijsheid ( Social media, LinkedIn, Facebook, Twitter, YouTube, Google+, instagram, Pinterest)
  • informatievaardigheden

 Computational thinking

Computational thinking is het procesmatig (her)formuleren van problemen op een zodanige manier dat het mogelijk wordt om met computertechnologie het probleem op te lossen. Het gaat daarbij om een verzameling van denkprocessen waarbij probleemformulering, gegevensorganisatie, -analyse en -representatie worden gebruikt voor het oplossen van problemen met behulp van ICT-technieken en -gereedschappen.

Veel van de huidige maatschappelijke en wetenschappelijke vraagstukken zijn dermate complex dat zij niet zonder de hulp van computertechnologie opgelost kunnen worden. Bij deze vraagstukken is de rekenkracht van de computer nodig om tot een oplossing te komen.

Computational thinking richt zich op de vaardigheden die essentieel zijn om problemen op te lossen waarbij veel informatie, variabelen en rekenkracht nodig zijn. Het is daarbij belangrijk om te begrijpen hoe informatie tot stand komt zodat je computersystemen kan benutten voor probleemoplossen, voor het denken in stappen en daarmee in voorwaardelijkheden voor volgorde van de benodigde gegevens. Computertechnologie gebruiken bij het zoeken naar oplossingen betekent inzicht krijgen in algoritmes (een reeks instructies om vanaf een beginpunt een bepaald doel te bereiken) en procedures (een verzameling activiteiten die in een bepaalde volgorde moet worden uitgevoerd).

informatie vaardigheden

Informatievaardigheden omvat het scherp kunnen formuleren en analyseren van informatie uit bronnen, het op basis hiervan kritisch en systematisch zoeken, selecteren, verwerken, gebruiken en verwijzen van relevante informatie en deze op bruikbaarheid en betrouwbaarheid beoordelen en evalueren. In de context van future-skills gaat het hierbij vaak om digitale bronnen.

 

Media wijsheid
De verwachting is dat de samenleving steeds verder zal medialiseren. Om optimaal mee te kunnen doen in de samenleving vol media is mediawijsheid onmisbaar. Het vinden van een baan, jezelf ontwikkelen en sociale contacten onderhouden: voor al deze zaken zal het steeds belangrijker worden dat mensen de mogelijkheden van nieuwe mediatoepassingen weten te benutten – en soms ook juist weten te weerstaan. Om optimaal gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden die media bieden, zowel in het bedrijfsleven nu, als in de mediasamenleving van straks, hebben medewerkers mediawijsheid nodig.​

 

Communiceren
Communiceren is een fundamentele vaardigheid, mensen kunnen niet níet communiceren. Bewust en onbewust versturen en ontvangen zij boodschappen en creëren zo gedeelde betekenis. Bij communicatie draait het naast de inhoud van de boodschap ook altijd om de relatie tussen de deelnemers. Deelnemers aan communicatie hebben individuele en sociale doelen en de communicatie is geslaagd als deze doelen worden bereikt. Communicatie vindt plaats in veel verschillende contexten (situaties, communicatiepartners) en elke context stelt specifieke eisen aan de vorm die gekozen wordt. Omgekeerd is de context ook van invloed op de betekenis van uitingen.

Om succesvol, effectief en efficiënt te communiceren moeten professionals:

  • doelgericht boodschappen kunnen overbrengen en begrijpen
  • adequaat kunnen omgaan met verschillende communicatieve situaties en communicatiepartners
  • passende communicatiemiddelen kunnen hanteren
  • effectief gebruik kunnen maken van de mogelijkheden van ICT en technologie.

 

kritisch denken
Bij kritisch denken gaat het om het vermogen om zelfstandig te komen tot weloverwogen en beargumenteerde afwegingen, oordelen en beslissingen. Hiervoor zijn denkvaardigheden noodzakelijk, maar ook houdingsaspecten, reflectie en zelfregulerend vermogen spelen een essentiële rol. Denkvaardigheden zijn nodig om informatie te doorzien en op waarde te schatten, onjuistheden te signaleren en om een visie of mening tegen het licht te houden. Op basis daarvan kan beargumenteerd een eigen oordeel of standpunt bepaald worden of een beslissing worden genomen. Denkvaardigheden zijn hier onlosmakelijk verbonden met een kritische houding, waarbij het gaat om het verlangen om goed geïnformeerd te zijn, de neiging om redenen en oorzaken te zoeken, ruimdenkendheid, respect voor standpunten van anderen en de bereidheid om die standpunten mee te wegen. Kritisch denken is een bewuste activiteit waarbij ook reflectie en zelfregulerend vermogen van belang zijn: een kritisch denker onderzoekt het eigen denkproces en stelt zo nodig zijn beslissing, opvatting of handeling bij.

Kritisch denken is een essentiële vaardigheid voor het onderzoeken en beoordelen van informatie, het bepalen van standpunten en het nemen van weloverwogen beslissingen. Kritisch denken veronderstelt analytisch denken en een open, onderzoekende houding.

 

Creatief denken en handelen

Creatief denken en handelen is het vermogen om nieuwe en/of ongebruikelijke maar toepasbare ideeën voor bestaande vraagstukken te vinden. Hierbij horen:

  • het kennen en hanteren van creatieve technieken;
  • het denken buiten gebaande paden;
  • nieuwe samenhangen kunnen zien;
  • het durven nemen van (verantwoorde) risico’s;
  • fouten kunnen zien als leermogelijkheden;
  • en een ondernemende en onderzoekende houding.

Naast het vernieuwende aspect moet ook aandacht zijn voor toepasbaarheid en bruikbaarheid in een specifieke context. Creatief vermogen wordt het sterkst ontwikkeld in een rijke leeromgeving waarin kinderen gestimuleerd worden om zelf oplossingen te bedenken.

Probleemoplossend denken en handelen

Probleemoplossend denken en handelen is het vermogen om een probleem te (h)erkennen en tot een plan te komen om het probleem op te lossen. Meer specifiek gaat het daarbij om:

  • problemen signaleren, analyseren en definiëren;
  • strategieën kennen en hanteren om met onbekende problemen om te gaan;
  • oplossingsstrategieën genereren, analyseren en selecteren;
  • patronen en modellen creëren en beargumenteerde beslissingen nemen.

Daarbij is het proces dat leidt tot het oplossen van het probleem belangrijker dan het vinden van de oplossing zelf, moet het probleem gedefinieerd zijn in een specifieke context en moet er gebruik worden gemaakt van vakinhoudelijke kennis en vaardigheden om tot een oplossing te komen.

Samenwerken

Samenwerken hoort tot de belangrijke vaardigheden van de future skills. Bij samenwerken gaat het om het gezamenlijk realiseren van een doel en anderen daarbij kunnen aanvullen en ondersteunen. In samenwerken zit zowel een sociale als een cognitieve component. Het gaat om:

  • verschillende rollen bij jezelf en anderen (h)erkennen
  • hulp en feedback vragen, geven en ontvangen
  • een positieve en open houding ten aanzien van andere ideeën
  • respect voor verschillen
  • onderhandelen en afspraken maken met anderen in een team
  • functioneren in heterogene groepen
  • effectief communiceren

We werken in de toekomst zelden meer alleen, we werken vooral in teams. Teams krijgen andersoortige relaties. Werk wordt gespecialiseerder, om tot een geheel te komen moet je samenwerken. De kennis die we moeten beheersen wordt steeds groter, dat kunnen we niet meer alleen. Er ontstaat verdere verdeling van deskundigheid, specialisatie, dat vereist samenwerking met anderen, met deskundigen op andere gebieden. Kennisontwikkeling is steeds belangrijker en dat doen we veel beter samen.

Het nieuwe samenwerken: virtueel, op afstand

Een apart aandachtspunt in deze tijd van snel voortschrijdende technologie is samenwerken op afstand, digitaal/virtueel samenwerken. We moeten bereid en in staat zijn om te vergaderen met mensen op afstand, om met teleconferentiesystemen te werken. Dan moeten we daar ons gedrag op kunnen aanpassen. Samenwerken wordt zakelijker, formeler en letterlijk afstandelijker. Dit geldt zeker voor internationaal samenwerken.

Sociale en culturele vaardigheden

Bij sociale en culturele vaardigheden gaat het om het effectief kunnen leren, werken en leven met mensen van verschillende etnische, culturele en sociale achtergronden. Sociale afkomst en cultuur bepalen in hoge mate hoe we denken, wat we maken en doen, hoe we betekenis geven aan een steeds veranderende samenleving en hoe we met elkaar omgaan en communiceren. Om nu en in de toekomst succesvol te kunnen samenleven is het daarom van belang om kennis te hebben van sociale en culturele opvattingen en daarmee rekening te houden in het handelen.

Meer specifiek gaat het om:

  • Eigen gevoelens en opvattingen kunnen benoemen en erop kunnen reflecteren
  • Bewust zijn van de eigen individuele en collectieve verantwoordelijkheid in een samenleving
  • Kennis hebben over cultuur en kunnen reflecteren op culturele verschillen
  • Het tonen van inlevingsvermogen en belangstelling voor anderen
  • Het (her)kennen van gedragscodes in verschillende sociale situaties
  • Constructief kunnen communiceren in verschillende sociale en culturele situaties
  • Respect en begrip hebben voor andere visies, uitingen, en gedragingen.

Zelfregulering
Zelfregulering houdt in: zelfstandig handelen en daarvoor verantwoordelijkheid nemen in de context van een bepaalde situatie/omgeving, rekening houdend met de eigen capaciteiten. Het gaat om het heft in handen nemen en niet klakkeloos aanwijzingen of voorschriften volgen. Daarvoor is het nodig zicht te hebben op de eigen doelen, motieven en capaciteiten.

Het is van belang dat medewerkers een zelfregulerend vermogen ontwikkelen. Mensen worden in de huidige samenleving steeds meer aangesproken als individu en moeten steeds weer reageren op veranderingen. Of het nu gaat om werksituaties, studie of functioneren als burger, iedereen moet zijn eigen leven ‘ter hand nemen’ en in veel verschillende situaties zelfstandig kunnen handelen en verantwoordelijkheid kunnen nemen. Meer in het bijzonder is zelfstandig leervermogen van belang. medewerkers moeten zich voorbereiden op een (beroeps)leven waarin ze zelfstandig hun kennis op peil moeten houden, nieuwe kennis en vaardigheden moeten verwerven en verantwoordelijkheid moeten nemen voor ‘een leven lang leren’.

 

Metacognitieve vaardigheden

Om nieuwe mentale structuren te kunnen vormen zijn metacognitieve vaardigheden nodig. Dit zijn ‘hogere’ cognitieve vaardigheden. Metacognitie gaat over gedachten over gedachten, over iemands kennis van zijn eigen kennis en over reflecteren op het handelen en op affectieve ervaringen. Zij gaat over de vraag hoe je onbewust gedrag bewust kan maken en op die manier het eigen leerproces kan reguleren.

Kennis en vaardigheden om het eigen denken en handelen te sturen en te controleren:

Taakanalyse (wat wordt er van me verwacht?)
Voorkennis activeren (wat weet ik al?)
Doelen stellen (wat moet ik bereiken?)
Plannen (hoe ga ik de taak aanpakken?)
Monitoren (jezelf in de gaten houden)
Zelf-evaluatie (heb ik mijn doel bereikt?)
Reflectie (recapitulatie en terugkijken)